Congrestolken gaan met de tijd mee. Waar vroeger nog stapels woordenboeken in de tolkencabine lagen, heb je nu genoeg aan een laptop met internetverbinding. Op de laptop zijn de stukken opgeslagen die de tolken ter voorbereiding hebben gekregen. Ook kunnen er digitale woordenboeken op staan, naast de eigen woordenlijsten die de congrestolk voor de specifieke opdracht heeft gemaakt. Vaak krijgen de tolken op het nippertje nog een usb-stick met presentaties. En mocht er onverwachts een onbekend vakwoord worden genoemd, kan de tolk (of zijn collega) het met behulp van internet of terminologische databanken opzoeken.